
Indien er gewag wordt gemaakt van de stad Kassel, horen romantische sprookjesliefhebbers de klokken al luiden, want dit is natuurlijk één van de haltes op de overigens bijwijlen adembenemende Duitse sprookjesroute. Weliswaar slechts om de vijf jaar, maar naast sprookjes is er echter nog een andere belangrijke factor dat Kassel markeert. U raadt het waarschijnlijk al, want niet voor niets staat Documenta geboekstaafd als één van de belangrijkste kunstmanifestaties voor hedendaagse beeldende kunst op de planeet.

Het blijft hoogst onwaarschijnlijk, maar zelfs de dwingende lockdowns konden de immense organisatie achter deze vijftiende editie niet tegenhouden. Dit kunstfestival trekt als een moderne rattenvanger van het nabij gelegen Hamelen, dan ook telkens opnieuw honderdduizenden kunstliefhebbers aan van over de gehele wereld.

In principe wordt er elke editie een zorgvuldig geselecteerde curator uitgenodigd, die willens nillens zowel de zegen als de vloek mag dragen dat dit 100-dagen durende festival met zich meebrengt. En dat mag U letterlijk nemen, want toen – overigens één van de vier ereburgers van mijn eigen hometown Geel – deze eer te beurt viel aan Jan Hoet in 1992, wist hij via Documenta IX zijn naam en reputatie als ware kunstpaus voor eeuwig te beitelen op zijn indrukwekkend conto. Onder Hoets curatorschap, waarvoor toen een budget van 18.645.501 (toen nog) Duitse Mark werd uitgerold, kregen 195 internationale kunstenaars de gelegenheid om samen één van de populairste Documenta edities in zijn bestaansgeschiedenis te presenteren. Niet minder dan 615.640 toegestroomde kunstaficionados maakte van Documenta IX een overtreffend equivalent van pakweg het uit de hand gelopen Woodstockfestival in 1969.

Toegegeven, vanaf dit moment was er op volgende afleveringen een kleine procentuele stijging waar te nemen, maar het was pas sinds Documenta XII (2007) dat er zomaar eventjes grosso modo 135.000 bezoekers bovenop kwamen. Voor eerst in zijn geschiedenis werd er voor deze editie gewerkt met zowaar een heus kunstkoppel, namelijk artistiek directeur Roger M. Buergel & curator Ruth Noack. Dankzij mijn toenmalig enthousiaste vriendin, mag alvast mijn eerste bezoek aan Documenta XII als een regelrechte mijlpaal worden beschouwd in mijn persoonlijke kunstbeleving.

Vaste bezoekers van deze webstek beseffen ondertussen dat het begrip toeval bij ondergetekende steeds meer inboet aan geloofwaardigheid. Weer zo’n toeval is dat die kloefer van het boek REVOLUSI (2020) – waarin Belgische cultuurhistoricus David Van Reybrouck na zijn monumentale CONGO (2019), ditmaal de historische perikelen van Indonesië onder de loep neemt – nog niet half is gelezen, of nu blijkt dat Documenta XV wordt gecureerd door de zogenaamde ruangrupa. Voor de eerste maal dus geen curator, maar een heus collectief.

En daar werd het zaadje voor de eerste controverse al gelijk gezaaid. In eerste instantie nodigde ruangrupa 67 Aziatische, Afrikaanse & Latino deelnemers uit, maar deze participanten mochten allen ook bevriende kunstenaars en andere collectieven uitnodigen zover als Oceanië. Hoewel heerlijk naïef van organisatorische kant, voelt U de soep al overkoken.
Dit non-profit collectief uit Jakarta werd geboren rond de eeuwwisseling en streeft de complexe idee na om artiesten hun creativiteit inzake hedendaagse Indonesische urbanisatie loos te laten via al dan niet interdisciplinaire kunst in een stedelijke en culturele context.

Nu klinkt dit misschien als de logica zelve, maar in een (huidige) republiek waar volgens een onderzoek van International Business Time welgeteld vier (!) miljardairs bij elkaar meer vermogen onder hun onderstel hebben hangen dan de 100 miljoen armsten van dat land, kan men moeilijk begrippen als gezond verstand blijven hanteren. Ter verduidelijking is Indonesië het eerste land na de Tweede Wereldoorlog dat zijn onafhankelijkheid uitriep en is het opmerkelijk dat in Jakarta alleen effectief vijf universiteiten een filmschool aanbieden. Toch was films maken tot zo’n tien jaar geleden verbannen naar de gevreesde negatieve-investeringslijst en daarmee werden er amper 10 films per jaar gemaakt. Langs de andere kant is Indonesia dan weer wel een voorbeeld van hoe politieke krachten kunnen genuttigd worden om zijn culture erfenis op te pimpen. Toen de internationaal bekende regisseur Jokowi in 2014 de zevende Indonesische president werd, kreeg de locale filmindustrie via de zogenaamde Indonesian Creative Industry Council een zodanige boost dat in 2018 alleen al zo’n 50 miljoen mensen naar de bioscoop gingen. Sinds 2020 staat Indonesië overigens aan de top van de globale filmwereld, om maar te illustreren dat het dus niet altijd huilen is met de pet op.

Niettemin is ruangrupa een graag gezien collectief op talloze internationale kunstenfestivals of andere projecten. Denk maar aan Gwanghju Biënnale (2005 & 2018), Istanbul Biennial (2005), Asia Pacific Triennial of Contemporary Art (Brisbane, 2012), Singapore Biennale (2011), São Paulo Biennial (2014), Aichi Triennale (Nagoya, 2016) and Cosmopolis at Centre Pompidou (Paris, 2017). In 2016, ruangrupa curated TRANSaction: Sonsbeek 2016 in Arnhem, NL.

Tussen de periode van 2015-2018 hielp ruangrupa samen met verschillende andere kunstcollectieven mee aan een nieuw cultureel platform te ontwikkelen, dat is gevestigd in het Gudang Sarinah Warehouse in Pancoran, Zuid-Jakarta. In deze polyvalente en gedeelde ruimte mikt het zogeheten Gudang Sarinah Ekosistem op het cultiveren van een geïntegreerd constructief systeem om kunstenaars of zelfs communities en instituten te helpen ontwikkelen. Publiekelijk opengesteld kunnen hier ideeën en kennis uitgewisseld worden, wordt kritisch denken, creativiteit of innovatie aangemoedigd en kunnen deze nieuwe connecties mogelijk leiden tot een nieuwe vorm van collaboraties zoals bijvoorbeeld kunstprojecten, exposities, workshops, art labs, research, of via publicaties in magazines, boeken of uiteraard onlinejournalistiek.

Van hieruit groeide dan weer het zogenoemde GUDSKUL, dat inderdaad mag geïnterpreteerd worden als goede school. In samenwerking met Serrum and Grafis Huru Hara werd deze publieke werkplaats opgericht in 2018, waarin via verscheidende hedendaagse kunstcollectieven, studies worden verricht rond allerhande ecosystemen. Hier wordt geïnvesteerd in een opbouwende bewustzijnsverruiming rond collectieve waarden als gelijkheid, delen, vriendschap, solidariteit of gewoon samenzijn.
Tijdens Documenta XV wordt het concept Lumbung verder uitgewerkt. Het is namelijk zo dat ruangrupa verder wilt kijken dan de 100 dagen van het festival en zich daarom tot doel stelt om voor de nakende toekomst een wereldwijd, interdisciplinaire kunst- en cultuur platform te creëren. Met hun rol als centrale curator vormen zij de bezieling om te werken naar een nieuw soort model om collaboraties aan te gaan; een coöperatief model dat is gebaseerd op de principes van gelijk delen, collectiviteit en het opbouwen van de nodige middelen hiervoor. Lumbung vertaalt zich letterlijk als rijstschuur en staat symbool voor dit accumulatie systeem dat die internationale collectiviteit moet bevorderen.

Op Documenta XV wordt Lumbung als model geïntroduceerd dat fungeert als collectieve schuur. Een agglomeratie van verhalen, ideeën, kunst, kracht, tijd en elke andere deelbare bronnen denkbaar, die an sich een deelbare voedingsbodem vormen voor nieuwe modellen enzoverder.
Onder Lumbung zal kunst in functie om support en goede verstandhoudingen te vergaren, andere disciplines kruisen als management, activisme of andere sociale netwerken. Deze strategie om te leven in en met een maatschappij, verweeft zich met andere disciplines en groeit organisch uit tot een publieke vorm. Deze herprogrammering van strategie is gebaseerd op locale en gedeelde verwachtingen in plaats van puur winstbejag.
Make Friends, Not War!
Documenta Fifteen is sinds zijn ontstaan dan ook radicaal anders dan alle voorgaande edities. Voor de eerste maal worden er geen rockstarkunstenaars ingevlogen, want conform het motto van zijn jaarlijkse curator draait het allemaal niet zozeer om kunst dan wel over sociale praktijken.

Nochtans is het wel dankzij een gigantisch schilderij van met name het uitgenodigde kunstcollectief Taring Padi, dat de controverse losbrak. Geplaatst op een centrale plaats op Friederischplatz, staat – of beter stond, want na de bemoeienis van zowel Duitse als Israëlische notabelen werd het doek afgedekt en later verwijderd – er een drieluik waar je niet naast kon kijken. Een enorm canvas vol met politieke slogans en heuse karikaturen waaronder soldaten met varkenssnoeten, die haast automatisch refereert aan het in hun ogen gerechtvaardigde gewelddadige karakter dat The Black Panther beweging zich toe-eigende onder het mom van sociaal activisme. Zelfs nog voor de opening plaatsvond, vlogen er vanuit het Alliance Against Anti-Semitism Kassel (jawel, in Kassel hebben ze hier een eigen afdeling voor zowaar!) al dan niet gegronde beschuldigingen van antisemitisme, rascisme of Islamfobie in het rond. Enerzijds vanwege de aanwezigheid van het omstreden Palestijnse collectief The Question of Funding, maar nu wil die Israëlische soldaat met zijn varkenskop – die op die levensgrote mural tussen een hoop soldaten van de Russische KGB en agenten van het Britse MI5 verloren staat te wezen – ook niet echt helpen om dergelijke beschuldigingen af te weren.

Sinds 2020 wordt de Antwerpse kunstenaar Dennis Tyfus vertegenwoordigd door de Tim Van Laere galerij, maar dit gebeuren roept onverwijld herinneringen op naar het schilderij PLASTICLAND, waarop Adolf Hilter oraal wordt bevredigd door een kleutermeisje en onder het excuus van zedenschennis werd dit weliswaar spraakmakend in beslag werd genomen.
Hoe dan ook gaat Documenta XV de geschiedenis in als de meest radicale en controversiële editie tot op heden en kwam de politieke en maatschappelijke druk zodanig hoog te liggen dat zelfs CEO en artistiek-directeur Sabine Hofmann geen andere uitweg zag om pal na de festivalopeningsceremonie haar ontslag te geven. Sterker nog: zoals U in Frisky #4 kan lezen, werd recent nog een persbericht uitgestuurd waarin het team achter Documenta zich verontwaardigd uitlaat over de al dan niet misplaatste druk die op de schouders van het festival kwam te liggen.

Het blijft evenwel een raadsel hoe het curerende ruangrupa dit heeft kunnen missen, maar heeft zich ondertussen publiekelijk geëxcuseerd voor deze ingeslopen antisemtische karikatuur van de hand van Taring Padi, waar onder meer een soldaat met varkenssnuit, een sjaal met een Davidster draagt en een helm waarop ‘Mossad’ staat gegrift. Daarnaast wist het het Duitse kunstblad Monopol ook nog een andere karikatuur te ontwaren van een chassidische jood met zijn typische zijdekrullen en “Eenmaal de Rook om zijn Hoofd is Verdwenen”, de SS-tekens op zijn hoed beginnen te gloeien.

Alle verdere informatie:
documenta-fifteen.de/en/