
Misschien dat de naam Carsten Nicolai (°1965) niet onmiddellijk een circuit doet kortsluiten, maar toch durf ik er alweer een ledemaat van uw vriendin voor te verwedden dat uw onderbewustzijn misschien het tegendeel beweert. Om maar iets te zeggen heeft hij onder zijn pseudoniem Alva Noto, een tiental albums met de in de rubriek In Memoriam besproken componist Ryuichi Sakamoto. of met de in de rubriek Cat Flap #40 aangekondigde William Basinski. Om nog maar te zwijgen over zijn collaboraties met Iggy Pop of Blixa Bargeld.
Carsten is effectief een enorm veelzijdig persoon die vanuit zijn studies architectuur en landscape design in het vroegere Karl Marx Stadt (tegenwoordig Chemnitz), in de kunst terecht kwam. Dat klinkt misschien als het normaalste van de wereld, maar niet in het toenmalig Oost-Duitse gebied. Wij kunnen ons dat gewoon niet voorstellen, maar het heeft effectief tot de val van De Muur (1989) geduurd, vooraleer zeg maar de ontvoogding van opgedrongen socialistische collectivistische denkpatronen zich begonnen te manifesteren. Toen hij me – voor een Duitser – met een opmerkelijke passie vertelde hoe hij gechoqueerd hij was bij zijn eerste aanschouwing van het vrije Berlijn, kreeg ik bijna tranen in men ogen.
Sta me toe even te drukken op het feit dat wij hier in het Westen zelfs nog geen notie van hebben, want voor ons is dat allemaal doodnormaal. Voor Carsten echter kon BOEM PAUKESLAG! ineens alles! Alle deuren stonden wagenwijd open; je moest enkel binnen wandelen. Uit vroegere gesprekken ten tijde toen ik bij platenfirma Lowlands werkzaam was (distributeur van zijn labels), herinner ik me namelijk dat hij vond dat geluid gevisualiseerd kon worden (Blue Note, indeed). Niet dat ik zelf zo technisch onderlegd ben, maar in mensentaal probeerde hij me duidelijk te maken dat hij hiervoor zeer wetenschappelijk te werk ging. Met een achtergrond als architect zal er sowieso een wiskundige knobbel bovenuit stulpen, maar evengoed paste hij methodes toe uit de (psycho) akoestiek om zijn ongoing onderzoek te onderbouwen.
Carsten liet ook heel goed voelen dat zijn interesse in geluidsdissectie en zijn betrachting geluid te visualiseren ontstond vanuit de noodzaak muziek te componeren. Om een platform te bieden aan al die output richtte hij 1994 zijn label NOTON op, dat later samenwerkte met een ander label Rastermusic. Vanaf 1999 werd besloten om te fusioneren in Raster-Noton dat samen met onder meer Frank Bretschneider en Olaf Bender werd gerund, waarin ook een Archiv Für Ton und Nichtton werd opgericht. Dit ging allemaal goed, maar sinds 2017 keerde Carsten terug naar zijn eigen heimat en runt sinds dan NOTON terug op zichzelf.
Niettemin is hij nog steeds lid van Diamond Versions met Olaf Bender (Bytone), Signal met diezelfde Olaf Bender, maar ook Frank Bretschneider, Cyclo met Ryoji Ikeda, ANBB met Blixa Bargeld, ALPHABET met Anne-James Chaton, Opto met Thomas Knak.
Helaas is Ryuichi Sakamoto recent overleden, maar hun score voor de Mexicaanse regisseur Alejandro González Iñárritu THE REVENANT (2015) leverde nominaties op voor zowel de Golden Globe, Grammy, BAFTA & Critics’ Choice Movie Awards. Voor diezelfde Iñárritu creëerde Nicolai het sound design voor diens baanbrekende Virtual Reality project CARNE Y ARENA / FLESH AND SAND uit 2018.
Met componist Michael Nyman schreef Carsten de opera SPARKIE: Cage and Beyond.
Met de ronduit fantastische serie 20 TO 2000, kaapte Carsten de begeerde Ars Electronica AWARD 2000.
In 2020 werd het vierde deel van de zogenaamde XERROX serie gecomponeerd. Dit project in een multimediaal werk dat muziek combineert met video en lichtinstallaties. Carsten is namelijk ook actief als visual artist, die onder meer zijn bijdrage leverde op de 55ste Biënnale van Venetië in de module Biënnale Documenta (2013) Onder leiding van André De Ridder brengt het pan-Europese orkestcollectief s t a r g a z, samen met solist Alva Noto een speciaal voor dit ensemble gearrangeerde versie van deze serie. De data (in dit geval melodieën) worden zodanig eindeloos gereproduceerd dat er steeds kopieën ontstaan dat haast geen connectie meer heeft met het origineel. Op die manier ontstaat er een geheel nieuw klankenpalet en net dat herboren geluidsspectrum kenmerkt het métier van Alva Noto. Het was ook van in het begin de opzet om met een instrumentale bezetting een bewerkte versie van de hele serie te maken.
Maar het begrip geluid gaat bij Carsten veel verder dan enkel klank. Zo connecteert hij geluid met wetenschap en zijn visueel werk. Door verschillende sensorische percepties te combineren, maakt hij zijn creaties ontvankelijk voor zowel oren als ogen en dat loopt als een rode draad doorheen zijn idee van kunst. En dat komt van ergens.
Als kind in die voor hem pas geopende Berlijnse speelgoedwinkel, stimuleerde die techno-logische vrijheid Carsten zodanig hard dat hij met zijn topdoelstelling van het visualiseren van geluid voor ogen, met afgedankte elektronische apparatuur begon te experimenteren. En dat mag U letterlijk nemen, want vele installaties volgde. Telkens met focus op één aspect van geluid, zoals bv frequentie, golven of zo werden zelfs aleatorische elementen onderzocht. (Het is trouwens voor zulk een berekend man best wel opmerkelijk om toeval – onderhevig aan de wetten van de chaostheorie – toe te laten.)
Eén van die installaties kreeg onder de noemer WELLENWANNE (2000), rond de eeuwwisseling vorm. Stel u een aantal platte aluminium schalen voor die water bevatten, die rusten op neerwaarts gerichte luidsprekers waardoor rimpelingen in het water worden veroorzaakt. Afhankelijk van de gebruikte frequentie van de quasi onhoorbare geluiden, vormt er zich een steeds wisselend patroon op het wateroppervlak. Wat hieruit van afgeleid kan worden is dat de geluidsgolven als energiebron in staat zijn om partikels (kleine deeltjes), al dan niet toevallig, te moduleren. Het gevormde en zichtbare patroon is telkens uniek en vormt als het ware de vingerafdruk van elke frequentie.
Een ander specifiek voorbeeld om dit onderzoek naar geluid versus visualisatie te funderen, is het vijfjaren plan MILCH (2000-2005). Een beetje gebaseerd op het vergelijkbare 18de-eeuwse experiment dat fysicus Ernst FLorenz Chladni uitvoerde, door geluidsgolven om te zetten in beeld en op basis hiervan decoratieve beelden te creëren. Carsten ging gelijkaardig te werk en dat vertaald zich om letterlijk melk te confronteren met lage frequentiegolven. Zonder al te technisch te willen worden komt het erop neer dat opnieuw quasi onhoorbare sinusgolven tussen 10Hz en 150Hz de witte vloeistof weliswaar constant in beweging brengt, maar ook hier telkens opnieuw verschillende patronen aanneemt. Zowel WELENWANNE als MILCH (letterlijk vertaald als golvenkuip) maken geluid dus niet alleen zichtbaar, maar wijzen aldus in verschillende fases in het experiment, evenzeer op het ruimtelijke aspect van de geluidsgolf.
Nog een ander vijfjaren plan is TELEFUNKEN (2000-2005) wat het geluid op een geluidsdrager (in dit geval een cd) visueel vertaald. Een audiosignaal dat bestaat uit testgeluiden opgewekt door golven van verschillende frequentie, amplitude en opnieuw voor het menselijk oor nauwelijks detecteerbare witte geluiden, wordt aangesloten op de video-ingang van een tv-scherm. Het resultaat is een dat deze geluidsimpulsen worden geconverteerd naar een abstract lineair beeld.
In gewone taal zet het TV-scherm deze signalen om in horizontale strepen van verschillende diktes en breedtes. Opmerkelijk is echter dat de densiteit van de witte lijnen recht evenredig is met het interval of de intensiteit van de geluidssignalen.
In deze reeks steunt ondanks de naam TELEFUNKEN ANTI (2004) op hetzelfde principe. Opnieuw wordt het audiosignaal via het videokanaal zichtbaar gemaakt op het scherm, maar ditmaal is het geen letterlijke visualisatie. Eerder een indruk van de intensiteit waarmee de geluidsignalen worden gestuurd. Carsten hanteert het potentieel van de frictie tussen deze audio versus video signalen en hun ontvangers en daarmee hangt het geluid als een waar aura rond de materie.
Niet enkel de interne structuur van geluid is onderwerp van Carsten zijn onderzoek. Hij vindt de ruimte die geluid kan innemen of het lineair voortschrijden van geluid vervat in de horizontale densiteit van de banden zeker zo fascinerend en gaat hier mee aan de slag in een ditmaal vierjaren concept MAGNETIC STATIC (2000-2004). Zijn opvolger MAGNETIC STATIC 2 (2005) is overigens opgebouwd volgens hetzelfde principe, met die nuance dat ditmaal de banden horizontaal lopen en deze de fysische voortplanting van geluid tonen.
In MODELL ZUR VISUALISIERUNG VON TON (2001) exploreert de geluidskunstenaar dan weer de impact van magnetische velden op een elektrische straal. Een soundtrack bevat een specifieke verzameling sinusgeluiden die door een elektronische diffractie buis worden gestuurd. Deze sinusgolven worden omgebogen (diffractie) en omgezet in een magnetisch veld. Dankzij een blauwe lichtstraal in een glazen bol worden de effecten van dit proces zichtbaar.
Nicolai is zeker niet de eerste geluidskunstenaar, maar zoals U kan merken trekt hij de lijn wel heel ver door. Zo graaft hij met VOID (2002) naar antwoorden op vragen hoelang de levensduur van geluid is. Of kan geluid überhaupt opgeslagen worden in de ruimte? Of wat gebeurt er met voortdurend bewegend geluid dat weerkaatst in een minimale ruimte? Om daar antwoorden op te vinden werd een soort container waarin aan de binnenkant een gechromeerde glazen koker werd geplaatst als zeg maar inhoudsvat. Nu is het bewezen dat elk fragment in de ruimte altijd een deel is van de originele vorm. Een blauwdruk van zijn eigen ontstaansgeschiedenis als u wil. Maar wat gebeurt er met het geluid dat na al die reflecties en weerkaatsingen plots terug wordt vrij gelaten? Elk fragment bezit namelijk originele en unieke informatie, maar onvermijdelijk evolueert en vervolgens transformeert naar nieuwe informatie.
Zo zijn we allemaal vertrouwd met de onstabiele basis van wolken, die bestaan uit een willekeurige verzameling kristallen en fijne waterdruppels. Die basis is effectief zo diffuus dat de minste weerverandering een verschuiving in zijn structuur kan veroorzaken. Om dit niet-lineaire gegeven – dat het onderwerp is om het uitwerken van de chaostheorie – vast te leggen, trok Carsten voor WOLKEN (2002) beelden op 9000 meter hoogte om zo het ondefinieerbare karakter van de materie te tonen.
Wist U dat het kleinst mogelijke aantal vierkanten om een perfect vierkant te verdelen, 21 bedraagt? Dat is geen nieuwe informatie, want de Russische mathematicus A.J.W. Duijvestijn had dit reeds ontdekt in 1978. In PERFECT SQUARE (2004) hanteert Carsten echter ditzelfde principe om een perfect vierkant ni kleinere identiek perfect vierkanten te verdelen, met het onderscheid van de verschillende lagen glas die enerzijds verwijzen naar de gelaagdheid van geluid en anderzijds de gelaagdheid van het denken.

Zelf heb ik voorlopig nog niet de kans gehad om bijvoorbeeld het iconische ZWART VIERKANT (1915) van de Russische kunstenaar Kazimir Malevitsj (1879-1935) in het echt te kunnen bewonderen, maar als dit even veel impact heeft als toen ik in het Gentse SMAK voor het eerst werd geconfronteerd met PORTRAIT (2004), then I’m in for a threat! Ik heb geen idee waarom, maar opeens overviel me iets in de richting van een haast spirituele ervaring. Later zou zich dit herhalen bij 40 jaar ROTHKO in Den Haag, maar op dat moment wist ik niet wat me overkwam. Op het eerste gezicht ziet PORTRAIT (2004) er daadwerkelijk uit als een portret, maar dat is niet gerekend met Carsten Nicolai als kunstenaar.Het begint telkens met een figuratief videoportret van een persoon op magnetische tape, waarbij na de shooting de magnetische tape uit de cassette wordt getrokken om deze verticaal over een polyesterpaneel te spannen en zo het onzichtbare geluidssignaal dat door die tape wordt gedragen, te tonen. Door dit proces raakt het startbeeld gefragmenteerd of zelfs onzichtbaar, maar toch proberen we dit te ontwaren. Die repen tape worden namelijk zo dicht bij elkaar geplakt dat er een bepaalde ritmiek van verticale lijnen ontstaat dat ogenschijnlijk een welbepaalde structuur weergeeft; zeg gerust een abstract schilderij, want zo weerspiegelt dat glanzende vlak de omgevende ruimte. Op het einde is er echter enkel nog het spiegelbeeld.
SPRAY(2004) toont dan weer het breken van de stralen als deze door de zogenaamde lockheed-kristal worden gestuurd. Dankzij de straal als vliegend tapijt, reikt de informatie tot in de kern van het kristal waarna de data in diffuse vorm het kristal opnieuw verlaat. Carsten Nicolai hanteert deze precédé als model om strategieën te vormen die naast data op te slaan, deze ook herverdelen.
Door al deze experimenten wist Carsten als het ware een extra dimensie aan te meten aan zijn geluidskunst.
Meer info:
https://www.bozar.be/en/calendar/xerrox-selected-alva-noto-s-t-r-g-z-e-and-andre-de-ridder